Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [Koph.] [104]Maak u op, [105]maak geschrei des nachts [106]in het begin der nachtwaken, [107]stort [108]uw hart uit voor het aangezicht des Heeren als water; hef uw [109]handen tot Hem op [110]voor de ziel uwer kinderkens, [111]die in onmacht gevallen zijn van honger, [112]vooraan op alle straten. 104. Een gebod aan de godzaligen tot bidden. 105. Dat is, klaag den Heere openlijk en vrijmoediglijk uwen nood. 106. Hebreeuws, aan het hoofd der [nacht]-wachten; dat is, te dien tijde als de nacht begint. 107. Vergelijk Ps.22:15, en Ps.42:5, en Ps.62:9, en Ps.102:1. 108. Dat is, al de zwarigheid, die gij in uw hart hebt. 109. Hebreeuws, palmen. Alzo vs.20,22. 110. Dat is, voor het leven, gelijk Ps.6:5. De zin is: Om te bidden dat God uw kleine kinderen wil verschonen. 111. Of, die versmacht zijn. 112. Hebreeuws, aan het hoofd van alle straten; dat is aan alle hoeken, wegen en stegen der stad; vergelijk Jes.51:20, en onder hfdst.4 vs.1.